vrijdag 29 mei 2015

Eindelijk..

In het vliegtuig. Kwart voor zes in de middag. Nog uren te gaan zonder interessant boek of lekkere muziek. Gaat het niet rechtsom dan gaat het linksom. En dus zit ik met de laptop op het opklaptafeltje voor me om muziek te kunnen luisteren. De iPod heeft waarschijnlijk aangestaan onderweg en begaf het na een hoofdstuk van een luisterboek. De drank die ik thuis al besteld had bij de vliegtuigmaatschappij, schittert door afwezigheid. Wel betaald, maar niet afgeleverd. De stoel met beenruimte bleek op papier opeens een heel andere plaats te betreffen. Etc etc. "Kan ik u iets aanbieden misschien om over de teleurstelling heen te komen?" Inderdaad, dat kunt u, want ik ben flink sjagrijnig geworden.
Het moest een ontspannen vakantie van vier weken worden. Bij Tapha in Gambia en de hondjes. Met kleinzoon Malang en sponsordochter Mama. Geen problemen. Zon, zee en gezelligheid. Alle narigheid die ik in april achterliet op een stokje. Maar daar gaat de telefoon. Tapha op Whatsapp. De hondjes, ze zijn weg. Ik probeer de half afgebroken woorden aan te vullen, het verhaal rond te maken. Maandagavond waren ze er nog. Dinsdagochtend waren ze weg. Er gaat direct een alarmbel rinkelen. Het is woensdag. Nergens krijgen ze zulk heerlijk eten als thuis in de Roundhut. Ze hadden allang terug moeten zijn. "Iemand draait ons een loer" gaat er door me heen. In een klap staat me de ellende voor de geest waardoor ik zo gauw mogelijk weg wilde in April. Vrienden waren vijanden geworden. De Roundhut een wankel bezit, gebouwd op andermans grond. Met alle ellende van dien.
De hondjes, gestolen, weggenomen.  Door wie? Niets zo erg als een onzichtbare vijand. Tapha komt nauwelijks uit zijn woorden. Waren we voorheen verrukt elkaars stemmen te horen, nu vragen we niet eens naar elkaar. De hondjes, zijn ze er al?! Ben je naar de politie geweest?! Nee ze zijn er nog niet. Ja naar de politie.
En nu zit ik hier in het vliegtuig en vraag me met angst en beven af wat me nog meer boven mn hoofd hangt. Doen of er niets gebeurd is. Doen alsof ik een vakantie tegemoet ga met mn geliefde. Voor het eerst 'naar huis'. De tranen beginnen zich op te dringen, ze zijn niet langer tegen te houden. Loslaten en laten komen wat komen gaat. En nu dan maar muziek luisteren via mn laptop. Concha Buika zit hees "..Llora cada dia, Olvida mas y mas... "
Tranen van een ander. Altijd goed voor troost.

update zondag 31mei
Freedom is terug! Na een week zoeken - Tapha elke dag lopend fietsend met groepen kinderen en ik samen met Tapha met de auto gisteren - werd er gisteravond opeens op de deur geklopt. Eeen seconde later was de stilte in de Roundhut omgeslagen naar een gejoel en geblaf, gejank en geschreeuw: de kinderen hadden onze vijf maanden jonge hond ontdekt in een feestende menigte. Wij waren daar ook geweest maar niets gezien. "Stomme hond! Stomme hond!"kroel ik hem over zn koppie en weet van gekkigheid niet hoe ik hem aan wil halen. Na tientallen keren "lieve stoute schat! Stom hondje! Waar was je nou? Waar is je zusje?" etc etc, vlecht ik van touw een riem in elkaar. Want los is geen optie meer. Hij doet zijn naam eer aan: Freedom, en zal altijd elders door de bush willen rauschen.
Moeder Sally was flink sjagrijnig tegen haar zoon. Ze beet hem en bromde, stootte hem af. Pas later nam ze de moeite om eens aan hem te ruiken en kon Freedom eindelijk met zijn snuit bij de hare in de buurt komen. Uitgehongerd viel hij aan op de brokjes en na heel veel aanhalen en lieve woordjes zakte ze naast de bank op de grond in slaap. Ik ook. Gebroken van het doorkruisen van verlaten compounds, over hekjes springend met Sally achter me aan, onder prikkeldraad door  kruipend om op een verlaten weggetje totaal niet meer te weten waar ik haar of de achtergelaten jeep zoeken moest.. gebroken en kapot viel ik  met het touw in mijn hand in slaap op onze harde 'bank', een eenvoudige brits van gevlochten riet en palmsticks.
De eerste 'maaltijd' zat er juist op: een pakketje in aluminiumfolie met spaghetti en kip van Nando's. Lauw maar goed genoeg als maagvulling. Was ik na het geld wisselen meteen groenten op de markt gaan halen - okra, tomaat, aardappel, sla, kool, pepers en wortelen - ik was te uitgeput om meer te doen dan het op een blok ijs in de koeler te leggen. Morgen ga ik het buurmeisje strikken in de hoop dat zij tijd heeft voor ons rijst te koken voor kontong,  de hoofdmaaltijd van de dag.
Vakantie, dat ik überhaupt op het woord kom als ik denk aan naar Gambia gaan. Werken! De put had Omar afgebroken maar nog niet opgebouwd. Levensgevaarlijk ligt die open en bloot - minimaal 25 meter diep - en je moet er niet aan denken wat er kan gebeuren als we daar  water zouden halen. Dat laatste blijkt dan ook niet aan de orde. Tapha haalt water bij de kraan elders in het dorp. Heel luxe wassen we daar ons nu ook mee.  Maar hoe hij de bananenplanten tot nu toe bewatert is me nog niet duidelijk. Wel was me duidelijk dat het meteen opgebouwd moet worden. Gelukkig heb ik  maanden de tijd gehad om over mijn en andermans zonden na te denken. Mede doordat de hondjes weg waren  gelopen of misschien wel gestolen, besloot  ik te proberen met zoveel mogelijk 'vijanden' weer 'vrienden' te worden. Ik had Omar, de landeigenaar en voorheen mijn contactpersoon en goede vriend, daarvan telefonisch op de hoogte gebracht. Hij klonk blij.  Of hij dacht dat zijn vrouw Oumi ht leuk zou vinden als we het verleden verder vergaten. Verrukt sloeg zijn stem  over "Yes please! Thank You!" Het is iets met stroop en azijn wat me op dit idee bracht en het werkt! Misschien dat heel veel later we dan toch nog eens over de grond onder de Roundhut kunnen gaan praten.
De put dus. Marena  de metselaar is dolblij met mijn komst. Met open armen rende hij op me af en kroop met zijn neus ongegeneerd in mijn hals. Toen ik hem vroeg of hij de put wilde gaan maken vandaag, leek de compound te klein voor zijn dansje. Vandaag dus cement halen, drie zakken, zodat hij kan beginnen met blokken maken, een soort stenen waarmee je een muur kan metselen. Boven de put moest een vierkante opbouw komen van ongeveer een meter hoog. Omar heb ik gesmst of hij het er mee eens is dat ik het regel.Maar eigenlijk hoef ik het antwoord niet af te wachten. Wie in Gambia krijgt er nou een put opbouw in de schoot geworpen?! Het is uiteraard eigen belang. Als Marena klaar is daarmee mag hij de veranda af gaan bouwen. Werk voor hem, want hij heeft een groot gezin te onderhouden.

Toch wel erg praktisch als je de problemen in het verleden even kunt vergeten ( "ik besteed geen cent meer aan de roundhut").. Het gaat dus een werkvakantie worden. Maar wel met alsmaar zon zon zon! Heerlijk! En Tapha komt ook weer langzaam in zijn normale doen. Wel zo plezierig als je eigenlijk lovers bent ;-)

donderdag 9 april 2015

56 Last but not least

En opeens is daar het einde van 4 maanden verblijf in Gunjur, The Gambia. Opeens, want al weet je de datum, toch is het voor de meeste dingen 'opeens'. Zo heb ik me uitgesloofd om - met het poor internet dat we hebben - van allerlei apps te downloaden zodat Tapha en ik in contact kunnen blijven. Skype, Whatsapp, Talkray, Viber.. Niet geschoten altijd mis. Maar om nou te zeggen dat Tapha ervaring heeft met dit soort dingen, nee dus. En daarbij komt de taal en het Latijnse schrift. Tapha heeft Arabische school gehad en dus begint voor hem 'hallo'met een 'o'. Echt lachen. Dus razendsnel uitleggen hoe hij met de apps om moet gaan en hoe je met de symbooltjes een hoop duidelijk kan maken. Eeen autootje om te zeggen dat hij in de garage is, een kusje, een bloemetje, klappen in je handen..  het is een ware challenge.
En dan Malang,  die opeens zijn moeder miste na een week en niet met ons terug wilde naar Gunjur toen we zijn moeder in Kartong dag gezegd hadden. "But if you stay you cannot come to airport!". Hij snikte en huilde en was slechts stil te krijgen toen we hem zeiden dat hij niet mee terug hoefde naar de hondjes en de Roundhut. Hij is er dolgelukkig geweest de hele week, maar je hebt maar eén moeder. En dus zaten Tapha en ik een beetje verdwaasd in de jeep toen we plots zonder Malang terugreden.
De Roundhut is 'gestript'.Alle overbodige dingen hebben we in kisten gestopt en opgeslagen.Tapha en de hondjes blijven er wonen als ik in Nederland ben. Niet voor lang. Eind mei ga ik terug voor een maand. Twee maanden zonder elkaar is lang genoeg. En wie weet.. misschien kan Tapha dan met me mee komen naar Nederland.
Ik hou het kort, want nog een en ander te doen. Dank voor jullie aandacht. Ik hoop dat ik jullie een beetje heb mee kunnen laten genieten van het wel en wee hier. Veel liefs van mij, Tien.

woensdag 1 april 2015

55 Laatste loodjes

Achter de kippengaas toonbank is de shopkeeper mijn ontbijt aan het maken. Local. "Buro-half mayonaise anin pompetero". De eieren komen mijn neus uit dus deze keer maar eens een gekookte aardappel tussen het brood laten prakken. Achter me dringt een jongen naarvoren. Door het luikje gooit hij een sigaret naarbinnen. "Rizla .. bla bla bla". Ik kijk hem verstoord aan. "Oembato! Wacht! Cannot you see the man is busy?" Een zware dranklucht vult de shop. "You drink too early" waarschuw ik hem. Het is tegen dovemansoren. Ik weet het. Maar zoals met veel dingen die ik weet, probeer ik toch soms te 'corrigeren'.  Hij mikt een dalasi door het luikje en weet van geen wachten. Zucht, laat maar Tien. Verspilde moeite.
Even later keer ik heimelijk met mijn twee verpakte broodjes, attaya en suiker terug naar Taphas homeside. Eén voor Malang en één voor mij. Binnen opeten zeg ik. Want het is niet leuk voor de andere kinderen met een lege maag toe te kijken. Eindelijk hebben we hem weer eens opgehaald voor een paar dagen. Ik miste hem en hij mij. Toen ik een weekje weg was kwam hij voor weekend bij Tapha. Terwijl die aan het lassen was in de garage speelde Malang voor apparentice, Taphas assistent, en voelde zich een hele man met zijn vijf jaar.  Bij mij kan hij klein zijn. Laat zich vertroetelen  en in bad doen met heet water. Laat zich instoppen en voorlezen. Dit kind krijgt zoveel mogelijk een goed basis en dat werkt. Hij is slim, lief en sociaal. Legt veel uit aan andere kinderen. "He speaks like a man" klaagt zijn moeder lachend. "He explains me what is good and what is not." Mooi, tenminste één missie die niet faalt. De eerste vijf jaar van zijn hopelijk lange leven heeft hij geleerd wat affectie is. Je  ziet het hoe hij met de hondjes omgaat. Lief aaien en babbelen, terwijl de kinderen hier gewoon zijn ze met stenen te bekogelen. De kindertjes waar hij mee speelt nemen het van hem over. "He is a wise kid"  besluit zijn moeder tevreden. Ik beaam het en ben trots.
Ondertussen speel ik vanaf vandaag de 'directeur'. Zonder korte opdrachten duren de klussen te lang. En we hebben geen tijd te verliezen. Mócht Tapha toestmming krijgen om met me mee te gaan - begin deze week was ons beloofd komen ze met een beslissing - dan moet hij zondag aanstaande, of uiterlijk dinsdag, afreizen naar Dakar om het stempel in zijn paspoort te laten zetten op de Nederlandse Ambassade. In dat geval moeten we ook de Roundhut ontruimen en de spullen opslaan. Dat leek allemaal goed geregeld. Alles zou in Taphas kamer gaan, de jongens zouden elders gaan slapen. Maar eenmaal op de compound van Tapha leek het me geen gek idee eens te checken of de familie het daarmee eens is. Guess what.. men wist van niets. En men vond het ook geen goed idee. Shit. Waar moeten we met al onze spullen naartoe?!
Zijn oom wees op een hok waar wij onze kippen nog niet in opbergen. "I can make a floor" probeert Tapha me gerust te stellen. Ja leuk, je had al een cementen vloer in je kamer laten maken voor de opslag. Gaan we nu, een week voor vertrek, opnieuw beginnen? Ja dus. Hier is alles afhankelijk van vriendendiensten, tenzij je betaalt. Of fotoos van de werkende jongens maakt, dat werkt ook heb ik gemerkt.  De razernij en de frustratie die over me kwam kan ik beter niet beschrijven. Wel hoe ik vervolgens het heft in handen heb genomen. Om vijf uur gistermiddag sjeesden we naar Brikama om golfplaat te kopen voor het 'car-house'. Wachten op vrienden hadden we geen tijd meer voor. Meteen maar hout voor een deur en het bijpassende kozijn om het kippen hok enigszins ontoegankelijk te maken. En vandaag aan de slag. Ik geef Saynee opdracht zand bij elkaar te harken zodat het gemengd kan worden met cement als de metselaar terugkomt. Die was zowaar vanmorgen al vroeg aanwezig , maar net zo hard weer vertrokken toen hij ons - nog niet - aantrof. Zucht. Tapha moet bellen met de man van de bush. De sticks waarop het golfplaat van het carhouse getimmerd gaat worden zijn nog in de maak. De palmboomstammen worden gespleten tot ze een aannemelijke dikte hebben. Geen bereik met de telefoon. Wachten dus. Zoals altijd. Je kunt hier niets forceren. En toch moet het. Met attaya en suiker kun je een hoop voor mekaar krijgen. Daar hoop ik dan maar op.
De zon staat alweer bijna op haar hoogst. Te heet de laatste dagen. Iedereen klaagt. Ik niet. Hou mezelf binnen tot het vijf uur is. Dan is het wel weer te harden.
MamToetie komt ook nog even een duit in het zakje doen. "Mama, I don't take breakfast. I am hungry". Alsof het ergens op slaat zeg ik "wait for Tapha, he come with charcoal" . Alsof die er wat aan kan doen met zijn houtskool. Ok, da kan ze thee water maken. Ik doe verder of mijn neus bloedt. Echt het beste hier,hoe onbegrijpelijk ook voor mensen in Europa.
De laatste zware loodjes, denk ik, en neem nog maar een Tramadol.

vrijdag 27 maart 2015

54 Homeside

"Een bombarde síl vous plait, mayonaise en eh.. sisekilo fula" De man achter het kippengaas knikt dat hij het begrepen heeft. Hij draait zich om naar de doos met (stok)broden op de grond en trekt een spijtig gezicht. Het brede brood is uitverkocht. "Tapalapa" mompelt hij en pakt behalve het smalle brood meteen  twee ongetwijfeld blauw gekookte eieren. "En little Jumbo please". Hij besmeert de opengesneden helften met mayo en prakt er een grauw hardgekookt ei tussen. Er overheen schraapt hij wat van een Maggiblokje, want zout gebruiken ze hier niet voor. Zo, nu heb ik behalve alles wat ik nodig heb ook alles  in een mix van Engels, Nederlands, Frans en Mandinka weten te bestellen. Mijn eigen Esperanto.

Achter me word ik aan mijn rok getrokken. Ik smelt als ik het stemmetje van Father Moss hoor. Jaja, een minty, een snoepje, en ik wijs de man op de mini lollies. Direct staat Appa erbij. "Fula (2) s'íl vous plait". Ik heb de snoepjes nog niet aangereikt of ook Binky staat erbij. Nog maar eentje dan. "Saba" besluit ik in goed Mandinka. Al komen er nog tien kids, hier hou ik het bij. Plots staat Taphas zus naast me. Ze wijst op de luiers. "Please?" Ja is goed, geeft u maar één luier! Ze moet snel achter me aan gelopen zijn toen ze me met portemonnee in de hand richting shop zag lopen. Terug op de compound begrijp ik er meer van. Haar zoontje van twee dommelt inmiddels op haar rug. Lijkt me inderdaad niet lekker als hij daar uitgebreid de boel onder gaat plassen. "Merci' zegt ze verlegen. Ze mag dan Taphas zus zijn, maar ze spreekt Frans omdat ze in Senegal opgegroeid is.

Thuis, in Taphas kamer op de family compound - hij noemt het homeside - probeer ik me vooral rustig te houden. Mijn nekwervel zit weer vast en ik kan geen kant op met mijn kop. Doodmoe word ik ervan. Liggen en pillen slikken. En af en toe naar buiten om de stand van zaken op foto vast te leggen. Tapha is een afdak voor de jeep aan het maken met de boys.En aangezien er hier geen Gamma is, trekt hij regelmatig naar de bush om een boom om te hakken. Na vier keer rijden staat er een geraamte dat nog het meest op een pergola lijkt. Trots prijken ze bij de hardhouten 'sticks' van soms wel 24 cm doorsnee. Gekapt met de machete, niks geen zaag, gewoon met het kapmes.

"Kong Kong" hoor ik MamToetie zeggen achter het gordijn. Klop, klop, kondigt ze zichzelf aan. "Tenaka how are you? Long time". Het is een aardige vrouw, ik mag haar, maar toch is het wachten op wat ze van me wil. En daar komt het. "Please Tenaka, may Tapha bring the tomatoes from the garden?" Ik lach en plaag "you have to ask Tapha". Natuurlijk snap ik wel waarom ze het mij vraagt, het is mijn auto. Toch laat ik haar nog even darren. Tapha ook. Die heeft net een flesje Fanta open getrokken en een biertje voor mij. "Is dark" lacht ook hij. "Please, please!" smeekt MamToetie. Ik  vraag haar wat er gebeurt als we het niet doen. Dan kan ze morgen niet met de teilen tomaten naar de markt om ze te verkopen en dan gaan ze dus rotten, vertelt ze treurig. Ik doe alsof ik geschokt ben en zeg dat dat niet mag gebeuren. Tapha heeft inmiddels de Fanta achter zijn kiezen en steekt stoer een sigaret op. "En kaa taa!..lets go". MamToetie stapt dolgelukkig de kamer uit. Het donker in. Het is kwart over acht.

woensdag 25 maart 2015

53 Home again

Het is een geluidloze film. Tapha bij de put haalt emmer na emmer omhoog. Saynee  brengt ze rond naar de bananenplanten. De zon is al een kwartier geleden verdwenen. Het laatste licht van deze dag wordt door de lucht weerkaatst over het zand dat oranje kleurt. Stilte. Niets dan stilte. Ik ben terug op de compound, terug in de Roundhut na een week bij een vriendin in Sanyang. Om bij te komen van alles. Dat is gelukt. Ik voel me hernieuwd na zitten, liggen, boekje lezen, slapen en ontspannen. 

Als ik om me heen kijk kan ik niet geloven dat dit alles van ons is. Nou ja.. eh.. zou moeten zijn. Maar dat is van later zorg. Nu  gewoon genieten. En geen 'disturbance from people'  hoop ik voor de komende twee - tevens laatste - weken. Even geen (storende) mensen alsjeblieft. Gewoon alleen met of zonder Tapha, want die gaat overdag naar de garage. Gewoon een boek lezen of muziek luisteren en wat rond rommelen.  Want dat hier altijd iets te doen is was meteen duidelijk. Geen stromend water, altijd bukken om water uit het vat te halen.  Au! mijn onderrug, au! mijn been.. Niet dat het bij Marijke over was, helaas niet,  maar het werd tenminste niet extra geirriteerd. Al in de eerste minuut is duidelijk dat ik heel erg op mijn lijf zal moeten letten. Mijn handen zijn alweer pikzwart van de houtskool waarmee ik het vuurpotje aangemaakt heb. 'For bath'.. zodat Tapha straks een bad kan nemen. Een emmer warm water met een kop over zijn lijf gieten. Ik ben weer thuis.

De hondjes heetten me welkom. Sally en haar vier wéér groter geworden puppies. Ze zijn door het dolle heen en sprongen van alle kanten tegen me op.  Ik heb direct de borden met hondenbrokjes gevuld en twee bakken met water neer gezet. Maar ze zijn té opgewonden om te eten of te drinken. Ze springen wild van bord naar bord, met zn vijven verdringen ze elkaar boven het ene bord terwijl de andere twee borden toch echt dezelfde brokjes hebben. Sally komt al helemaal niet aan eten toe door de drukte van haar baby's. Ze laat zich rustig aaien door mij, en luistert naar de lieve woordjes die ik haar influister. Ach wat heb ik ze gemist.

Ondertussen is er qua ontwikkeling weinig tot niets gebeurt. Niet wat betreft de aankoop van de grond en ook (nog) niet qua visum voor Tapha. Hoewel we - de advocaat en ik - daar nu wel flink werk van maken. Ik heb op voorhand twee afspraken voor Tapha in Dakar, Senegal gepland, om het felbegeerde stempel in zijn paspoort te laten zetten. De advocaat heeft de IND dagelijks telefonisch achter de broek aan gezeten. Begin volgende week zou de uitslag - ja dan de nee visum?! - er moeten zijn.
I keep my fingers crossed en wie er voor ons keihard wil gaan bidden is van harte welkom! Alhamdoulilah!

donderdag 19 maart 2015

52 Rusthuis Marijke

Roe-koe-koe..roekoe-koe. Ik word gewekt door een duif in de uitbundig rode Bougainvillastruik voor het huisje. En door een grasmaaimachine die met schrapende messen het harde Bahama-grass snijdt. En door voetstappen op het schelpenpaadje. "Goeiemorgen, ben je al wakker?" Marijke staat voor de hordeur met ontbijt onder een theedoek op een heus dienblaadje. Dit is verwend worden. Zo lief. Ik moest maar eens een weekje tot rust komen, zei ze. Bij haar in Sanyang.

Toen gisterochtend mijn rug er  erger dan ooit aan toe leek en mijn been het af liet weten en de tuinman zich weer had laten zien, wist ik wat me te doen stond. Inpakken en wegwezen. En nu zit ik hier op de rand van een echt bed, met echte lampen die het doen en echte electriciteit die de telefoon en mijn laptop aan de gang houdt. En muziek. Ik had destijds het luidsprekertje/opladertje voor de I-pod verstuurd.  Tracy Chapman, Concha Buika, Youssou N'Dour, Tom Waits met "The heart of Saturdaynight".  Een luisterboek met de toepasselijke titel "Buiten is het Feest".  In het rieten kastje liggen mijn kleren, toiletspullen en nog meer boeken. Kapuscinsky, Lieve Joris, Pedro Ros Mendes en last-but-not-least een thriller van Thomas Ross. Liggen en lezen, dat is het plan. En af en toe onbelast bewegen. En pillen slikken die niet alleen pijn stillen maar me ook slaperig maken.

Rusthuis Marijke. Het klinkt als Beverwijk 1950, maar heeft er niets van weg. Ik ben Marijkes enige 'gast'. Ze heeft me een lief huisje in bruikleen gegeven, met een terras dat uitkijkt op haar tuin, vol met gele, roze en paarse bloemen. Enorm uitwaaierende cactussen en heggen langs het pad met witomrande groene blaadjes. Een paradijsje. Ver van de problemen op mijn compound. Ver ook van de hondjes en Tapha. Hoewel het eerder mentaal ver is dan fysiek. Een kleine twintig minuten met de auto scheidt me van hen. Echter, auto rijden doe ik niet. Niet handig als je voet van het pedaal valt of je het onderscheid niet voelt tussen gas- en rempedaal. Tapha heeft de jeep mee en gaat de bullbar er weer aan bevestigen. Die was er laatst ook doodleuk voor driekwart vanaf gedonderd toen hij met teveel haast achteruit reed en de ijzeren poort raakte. Die hield het zowaar, de bullbar niet. Met een verdwaald touwtje haastig vast geknoopt kon Tapha me nog net op tijd naar de weg brengen om Tien1 uit te zwaaien. Never a dull moment.

Nog drie en een halve week te gaan. Vooruitlopend op de beslissing die de IND gaat nemen - natuurlijk mag uw man met u naar Nederland komen! - heb ik twee afspraken met de Ambassade in Dakar gemaakt. Voor 4 en 6 april om het felbegeerde stempel in Taphas paspoort te laten zetten zodat we vier dagen later samen kunnen afreizen. In verband met deze afspraak zal hij een dag van tevoren heel vroeg opstaan om om zes uur 's ochtends de Gambiarivier met de roestige ferry over te steken. De daarop komende uren zal hij opgepakt zitten tussen zeven andere Gambianen in een afgedankte Peugeot, om de dag daarop keurig optijd zich te melden bij de Ambassade. Komt goed, zeg je dan om jezelf moed in te spreken. Hoewel ik in mijn achterhoofd heel goed weet dat de IND er rustig weer twee maanden over gaat doen om de nieuwe papieren te bestuderen. Sometimes life sucks. En zo ie het maar net.

woensdag 18 maart 2015

51 TenakaTwo!

De zon staat ademloos hoog aan de hemel. Binnen is het koel. MamaMat- zo noem ik  Mamadou van de rieten plafondmatten - plaatst de laatste matten tegen het plafond. Bij gebrek aan een trap staan hij en zijn hulpje voor vandaag Saynee, op een geïmproviseerde steiger van roestige ingedeukte drums met daar overheen  rafelige palmsticks. Hun loopplank. Voor de verandering heb ik alles aan kopjes, pannen en flesjes, kortom, alles wat omver geschopt of vertrapt kan worden, van het aanrecht gehaald. Werkers hier hebben alleen oog voor hun werk. De rest is in het beste geval bijzaak.

Ikzelf hou me - ook voor de verandering - afzijdig. Min of meer gedwongen door mijn lijf dat rust wil. De diclofenac die ik al weken slik te samen met paracetamol, is op. Doodgewoon óp. In de plastic box zit van alles wat ik niet nodig heb. Plaspillen - absurd want hier plas je alleen 's nachts - valium, diarreeremmers, malariapillen, hystaminetabletten, artrose pillen en diverse antibiotica kuren. Alles wat niet de pijn in mijn rug en de uitstraling naar het been kan verlichten. Misschien een dag gaan liggen? Niets doen? Lezen en een beetje dutten? Bijna niet voor te stellen hoe dat eruit ziet en dus maar domweg doen.

Het blijkt geen straf. In de palo timmeren de mannen houten sticks langs de randen van de matten. Het is een wirwar van latjes die plots ophouden om een halve meter verderop weer verdergaan. De logica is me niet duidelijk. Het heeft dan ook niets van mooiigheid en is louter functioneel: het houdt de matten omhoog.
Door het open raam in de slaapkamer zucht een koel windje naar binnen. De batik gordijnen bollen op als zeilen in de wind om even later weer doodstil in de deuropening te hangen.
Tapha is naar zijn werk. Het is belangrijk dat hij deze laatste weken nog flink wat geld verdient. En dus is iedere klant welkom. Een oude man die al jaren met een aftands bestelautootje bewoners van Kartong naar Gunjur vervoert, heeft besloten dat zijn vehikel nu rijp is voor de bush. Volgens Tapha zit er geen zijkant meer in. De opdracht is dan ook die er weer in te lassen zodat het niet langer op een skelter lijkt, vermoed ik.
"TenakaTwo, come here!" klinkt het vanuit de palo. MamaMat is klaar met zijn werk. Hoe moet ik  in godsnaam een loftuiting uitbrengen bij zoveel broddelwerk. Ik zucht en wijs op de plek waar de fitting van de tweede lamp in huis zou moeten hangen. Hij begrijpt direct wat ik bedoel en wijst lachend op het overgebleven gat in het plafond. "Aha! You go like soeloo again?" vraag ik hem, denkend aan de vorige keer toen hij zich als een aap omhoog worstelde en door datzelfde gat naar binnen kroop om de elektriciteitsdraden door de matten te steken. "Correct!" is zijn antwoord en sleept de drums naar het gat. Een paar blokken erop en het is hoog genoeg om naar binnen te kruipen.

Ondertussen veegt Saynee de vloer aan. Even ervoor had MamaMat me duidelijk gemaakt dat hij de door Saynee opgehaalde bread-with-beans niet van plan was op te eten zonder drinken. "Tenaka Two! I need hot water!" en wijst op de plek waar voorheen het gasstel op het aanrecht stond. Het is er letterlijk een puinzooi. Met één veeg van zijn hand denkt hij de boel de kamer in te kunnen vegen. "Stop! Ho! I clean first!" roep ik snel. Het is gedaan met de rust. Ik draai de steel van de bezem en gebruik hem als stoffer. Gelukkig had ik van de week net een plastic blik aangeschaft. Zonder stoffer uiteraard want dat kennen ze hier niet. Alles wordt bij elkaar geveegd middels een bosje samengebonden riet. Ik kan er niet mee omgaan en zwiep alles van voor naar achter en van links naar rechts.
"I stop my work ok?!"en ga de slaapkamer in om mijn verhaal af te maken. Eventjes. Want het water zal zo wel koken. "Jigando".. hot water for tea. De mannen gaan aan tafel zitten en eten hun (stok)brood met bonenmengsel. Althans, dat denk ik.
"TenakaTwo! come here! work is finished!" In de palo is geen MamaMat te zien. Hij zit nog verborgen achter het rieten plafond. Uit een gaatje steken een rood en een zwart elektriciteitsdraadje. Ik heb geleerd vol te houden en dus wijs ik op het over gebleven gat waardoor hij inmiddels is terug gekropen. "Door!" roept hij enthousiast. Jaja, een deur om in de toekomst bij de andere draden te kunnen. Hij lijkt echter allerminst van plan te zijn dat te regelen. "But a door can close?!" probeer ik hem verder te overtuigen. Hij spreekt een enkel woordje Engels en geen Mandinka. Saynee vertaalt: "Tenaka wil dat je het gat sluit met een mat. Een deur. "
 "Ok. No problem TenakaTwo!" en gaat naar buiten om nog een stukje mat op te duikelen. Ik hoor van alles, maar kan er niet uit opmaken of ze nu zijn gaan eten of dat ze met de 'door' bezig zijn. Krassend riet.  Buiten zit MamaMat zingend op zijn hurken boven de vooralsnog  te grote mat. Hij legt de machete met het snijvlak plat op de juiste afstand en slaat met en stuk hout erop. De mat splijt eronder. Even later wordt het stuk gevlochten riet tegen het gat gespijkerd. Over mooi hoeven we het niet te hebben. Het laatste gat is dicht en daarmee is het project afgesloten.

"TenakaTwo! Thank You!" roept hij enthousiast, en daar na nog drie maal "Tenaka Two!" En dan opeens blijkt hij Frans te spreken. "Beaucoup de travail aujourdhui ici.."en lacht vrolijk vanaf de drum. Nog even de fitting aan de draadjes hangen. In mijn beste Frans probeer ik "MamaMat est jolie hé?" en schudt vrolijk zijn benen heen en weer. Ik heb nog nooit zo'n vrolijke, optimistische werker mee gemaakt . Met zoveel eindeloos geduld. "Oui oui oui..jolie!" lacht hij. "Very soon I come to see your twins" zeg ik terwijl we even later aan de lemongrass-tea zitten.
 "Thank you Thank you! TenakaTwo!" knikt hij enthousiast. Binnenkort toch maar eens langs bij hem om zijn laatste tweeling te bewonderen. Zijn derde tweeling.

maandag 16 maart 2015

50 Grens

De radijsjes zijn heerlijk. Het zijn de eerste en tevens de laatsten helaas. Want de 'tuin' is gisteravond  door ons met enige spijt opgeheven. Tapalapa met mayo en radijsjes, ik kon het niet dromen. Wat ik ook niet kon dromen is hoe de steun die je aan iemand geeft zich als een boemerang tegen je kan keren. En de radijsjes uit de tuin-die-ik-niet-wilde-hebben-maar-toch-gemaakt-werd door de 'tuinman', zijn daar  helaas het voorbeeld van. De tuin is door Tapha leeg gehaald gisteravond in het donker, met radijsjes en al, om de aanwezigheid van de lastige 'tuinman' tegen te gaan. Bij het licht van de WakaWaka was dat in tien minuten gebeurd..
Het geval was dat de bedden al een week niet bewaterd waren en wij hadden en  hebben er geen tijd en energie voor. Dus gaven we de tuin uiteindelijk aan iemand die dat wel heeft. Toen de 'tuinman' uiteindelijk op kwam dagen was het oorlog. We zouden wel zien wie het sterkste was. Huh? Hoorden we dit goed?! Uit de mond van iemand die we bijna eindeloos gesteund hebben in moeilijke tijden? Ja dus. Stank voor dank zeggen wij. Was het maar stank. Daar knijp je gewoon je neus voor dicht. Maar dit is anders. Het is jennen, oorlog uitlokken, zo, dat je uiteindelijk - in het beste geval - maar je schouders ophaalt. Immuun voor alles wat ze je hier kunnen flikken en ook niet schromen omdat ondubbelzinnig te doen.
Ik treed niet nog méér  in detail. Dat zou maar  olie op het vuur gooien. Maar hopelijk is wel duidelijk dat het de sfeer op zijn zachtst gezegd, niet ten goede komt. Als Tapha zijn gezicht verkrampt van ingehouden kwaadheid en hij nauwelijks uit zijn toch al spaarzame woorden kan komen en woest de doodleuk vandaag opnieuw van plantjes voorziene bedden leeghaalt,  dan is iemand flink over zijn  (en mijn) grens gegaan.
En ondertussen is het stil op de compound met een brandende zon. Ondanks de donkere wolk die nu weer boven ons hangt. De 'tuinman' moet weg, maar laat zich niet wegsturen. Hij klimt desnoods over de muur en dringt zich naarbinnen, zoals hij dat gewoon is te doen, zowel in de levens van mensen als in hun compounds. Woest en gefrustreerd omdat ik hem al eerder de toegang tot de Roundhut had ontzegd wegens verregaande schending van onze privacy, zullen we maar zeggen. Was ik niet al zoveel jaar hier dan zou ik zeggen "je liegt, je overdrijft". Helaas. Eens temeer is gebleken dat "just following your interest"- wat zoveel betekent als alleen op je eigen gerief uitzijn -  op veel Gambianen slaat.
Zolang ik de goeden nog op één hand kan tellen hou ik moed en geloof in het goede van de (Gambiaanse) mens.. Preek ten einde.

Uren later. Het is donker en het stormt. Allah wordt van alle kanten aangeroepen.

zondag 15 maart 2015

49 Boys

We worden wakker  door schorre stemmetjes die hele verhalen vertellen.  Ik hoef er niet uit te gaan om me voor te stellen hoe de jongetjes op het rieten bed in de palo zitten met het grote boek vol plaatjes. De dubbele pagina met versierde cijfers is hun favoriet. Daarna de pagina met groenten. "Carrot! Supermee! Jabó!" Wortel! Kool! Ui! 
Kóntong, lunch. Stuk gekookt en allemaal bijna dezelfde kleur vanwege de Maggiblokjes worden ze vergezeld met gefrituurde Bonkavis, waarbij de fijne graten haast niet te onderscheiden zijn van het bijna zwart geblakerde vel.

Het 1000-woordenboek in Engels en Nederlands. De Dino's en Rhino's worden door hun vingertjes aan gewezen. Ik herken woorden als 'sterk'  en  'vechten' en probeer me hun  verhaal voor te stellen. Even later klinkt de gisteren voor Malang  aangeschafte kleine  djembé. Voorzichtig, want wij slapen nog. Gisteren op het strand kwam de oude man weer op me af om wat spullen aan me te verkopen. "Yes yes, I know you now! Action!Cheap! Because no customers today. Set Saturn you know?!" Ja, daar weet ik inmiddels van alles van. Vanochtend vertrok ik met Malang en Mustapha naar Sanyang Beach. Alle winkels waren tot mijn verbazing dicht. Geen auto op de weg. Zeker een begrafenis. Maar bij de graveyard was niets te zien. Even bij Marijke aanwippen misschien? Aldaar blijkt ze weg voor een paar dagen. Ik bel haar. Waar ik sta? Bij jou voor de deur! " Maar hoe kan dat nou? Het is Cleaning Saturday! Je mag tot 1 uur niet rijden!  Ben je niet aangehouden dan? " Niks gehoord of gezien, behalve de enorme knal bij Marijkes ingang. Daar is het zand een meterhoog opgestuwd om enigszins een doorgang naar haar compound te creëren. Helaas veranderde de jeep ter plekke in een zeilschip dat door het mulle zand recht op de afrastering van keiharde kromme  palen afstevende. Bang!! En daarna de stilte, want de motor hield er meteen mee op. De jongetjes geschrokken  achterin.  Ik buiten om eveneens geschokt de eventuele schade op te nemen. Niets aan de hand. Tapha had juist van de week de bumper opnieuw gelast.

"Hee!" klinkt het naast me, wat zoveel betekent als 'we slapen nog'.  Mandinka is een taal van commando's. He! Stop! Go!! Tapha heeft aanzien, direct stopt Malang met drummen. Vannacht werd ik wakker door gesnik, overgaand in hard huilen. "Tapha, wake up! Malang!" Want ook ik heb geleerd in commando's te spreken, zelf eruit gaan kan later wel. Eerst moet Tapha vragen wat er aan de hand is. Ik hoor hem streng vragen "Minó?! Minó?!". Malangs snikken lijkt er alleen maar erger van te worden. Ik worstel me onder het muskietennet uit en loop naakt naar de andere kamer. Daar staat het kleine mannetje tegenover Tapha  te snikken in het felle WakaWaka licht. Met zijn knuistjes veegt hij het kwijl en de tranen uit zijn gezicht. Of hij misschien weer in bed geplast heeft, vraag ik. Dat zou kunnen verklaren waarom hij zo van streek is. Hij had beloofd het niet meer te doen. Alsof hij dat in de hand heeft! Ondanks de pijn in mijn rug til ik hem op. Hij begraaft zijn natte koppetje in mijn haar. "Ide, ide, ide.."  Stop, stop, stop.. Het snikken wordt al gauw minder. "Vraag of hij misschien uit bed gevallen is" zeg ik tegen Tapha. Tapha herhaalt de vraag op strenge toon in het Mandinka. Ik voel Malang knikken. Zijn vriendje Mustapha is inmiddels ook uit het smalle bed gekomen. Hij staat er wat beschaamd bij. " Malang fall out the bed?" Hij knikt.
Nadat Tapha ze gisteravond in bad had gedaan - lekker met warm water -  waren ze kletsnat en vrolijk onder het laken gekropen. Als lepeltjes lagen de jongetjes te giegelen op het naar nu blijkt te smalle bed. Het bredere bed had ik juist deze week op het andere gestapeld voor de opslag. Voorlezen hoefde niet want een minuut later waren ze al in diepe slaap. En nu is tijdens hun gewoel Malang eruit gedonderd. Als ik hem weer in bed leg kiest hij eieren voor zijn geld en gaat achterin liggen. Mustapha kruipt met zijn ruggetje tegen hem aan. Weg zijn ze weer, in diepe slaap.

Het is fijn als de jongetjes er zijn. Ze vullen de Roundhut met hun vrolijke zingen en hun eentonige, pas aangeleerde gebeden. Natuurlijk is het jammer dat ik altijd aan Tapha moet vragen wat ze allemaal vertellen,maar er is meer dan woorden. Een heen en weer zwaaiende wijsvinger en een bestraffende blik zeggen hen genoeg. "Mambeteja!"  Dat is niet goed! Of: "Goed zo! Abetejata Bake!". En zo communiceren we het weekend vol. Vanavond brengt Tapha ze weer naar huis. Morgen moeten ze weer naar school. Maar pas na het avondeten, als het donker is. Want het verblijf bij Mamamusoo en Tapha moet zo lang mogelijk gerekt worden.
Pam-pa-dam-pa-dang. Malang drumt, zachtjes nog, maar vastbesloten. Tapha is er al lang uit en ik lig in bed te tikken. Pam-pa-dam-pa-dang.



donderdag 12 maart 2015

48 Nacht

 Het is nacht. Na uren en uren en uren piekeren, fantaseren, in mijn hoofd schrijven en weer piekeren, besluit ik plotsklaps dat het genoeg geweest is. De eerste haan heeft zich al laten horen.  In de verte blaffen honden. Over tien minuten zal  het valse gezang van de moskee te horen zijn. Bijna vijf uur. Was ik niet na een uur vast slapen wakker geworden om niet meer in te slapen? Of heb ik tussendoor nog een dutje gedaan?  Geen wonder dat ik overdag zo moe ben. En dan nu mezelf ook nog de kans op een laatste slaap ontnemen door met een hoofdlamp onder het muskietennet te gaan schrijven op het laptopje dat na twee-en-een-half uur leeg is. Die stelt tenminste een limiet. Dat kan ik van mezelf niet zeggen. Als er al grenzen zijn, dan zijn die om te passeren, te verleggen of te trotseren. Dat is de grote lol van het hier zijn. Alles anders. Nooit weten waar je aan toe bent omdat niets is wat het lijkt. Eén grote antropologische ontdekkingstocht.

Ik ga er maar eens wat beter voor zitten. Of liggen. In ieder geval een houding opzoeken waarbij mijn gekwetste bilspier nog even met rust gelaten wordt. Overigens een week geleden verrekt bij het uit de jeep tillen van een dertig kilo zware jerrycan met als gevolg een halve hernia en een slepend been. Kniesoor die daarop let. 
Ik wou het hebben over de dagelijkse handelingen. Daarover denkend in het donker kwam ik op het matten plafond dat aangebracht moest worden omdat ik het vuil in huis niet meer aankon. Niet vermoedend dat het aanleggen daarvan zoveel méér stof, vuil, cement en stenen met zich mee zou brengen.En dat het na twee dagen in een schuur geleefd te hebben in plaats van een 'palo' - huiskamer is iets teveel gezegd - bijna af was, maar natuurlijk niet helemaal. Precies boven het keukengedeelte bleken de matten op. En dus prijkt daar nu een vrolijk gat dat zicht geeft op de ruwe palmsticks en glimmende golfplaten, waauit het stof en vuil weer olijk op het 'aanrecht' en in mijn eten kan dwarrelen.

Ik wou niet klagen, maar gewoon objectief vertellen hoe doodgewone dagelijkse handelingen hier in de Roundhut in hun werk gaan. Koffie zetten en afwassen. Vis schoonmaken voor de hondjes al dan niet voor onszelf. De koelkast 'onderhouden". Het aanrecht schoonvegen. De afwasteil omwassen. Vuil verbranden. Het is alles zo anders, zoveel omslachtiger dan op de meest primitieve kampeerplek. Daar weet je tenminste dat je maar 1 pit hebt en een colafles water. Hier staat een vat van 75 liter naast het aanrecht dat  je eerst met drie jerrycans gevuld hebt en vervolgens  leeg schept met een liter-grote plastic kop. Tien keer bukken om een afwasteiltje te vullen. Afwasmiddel erin dat niet wil schoonmaken omdat het van olie of een ander goedje gemaakt is en dus niet schuimt en ook niet afwast maar wel ervoor zorgt dat je de vaat grondig na moet spoelen. Kop voor kop spoel je de borden en kopjes, pannen en bestek boven een tweede teiltje af om het daarna in het veel te kleine, maar oh zo handige Vlieland-afdruiprekje te belanden. Zoiets dus.

Of het Vlieland-koelkastje dat ik per container verstuurd heb. In het beste geval liggen daar  twee bevroren plastic zakken ijs in. Vijf dalasis per blok. Te halen in het dorp bij de Karolinka's die hun bier koel moeten houden.  Ijs smelt. En zeker in een warm land. Dus leg ik de blokken in een oude Tupperware schaal op de bodem. Elke ochtend trek ik het zware gevaarte - want gevuld met sla in een theedoek, tomaten, een halve kool, een zak vis, twee flesjes bier, een blikje fris, een pot mosterd en een pot jam - onder het aanrecht vandaan om het smeltwater in flessen te gieten.  Dat trekken schuurt en krast over de zanderige tegelvloer. Je bent meteen wakker. Alles eruit, alles erweer in.  Nu inclusief de flessen smeltwater. Na dit ritueel is de vis aan de beurt. Oh nee, eerst buiten het houtskool aanmaken in de Filippijnse vuurpot. Die staat hoog op een drum zodat ie wind kan vangen en vanzelf het vuur aangewakkerd wordt. De waterketel van de Luursemaatjes wordt gevuld met zo'n vijf koppen water - zwaar! met twee handen tillen - en kan erop als er één kooltje vuur gevat heeft.  Over een half uur kan er koffie gemaakt worden.

Zoals gezegd, ik klaag niet. Het is zoals het is. Soms zucht je erbij, soms zing je. En het heeft ook wel iets, als je na maanden Nescafe eindelijk eens de tijd neemt om echte espresso te zetten in een heuse zeskantige Italiaanse pot. Een overblijfsel van de Oostenrijkers die het onderweg in Napels gekocht hadden. Op een geimproviseerd 'rekje' van draadstaal op het gasstel of gewoon plompverloren Bam! in het houtskool buiten. Melkpoeder met water in een heuse steelpan, kloppen en de Capuccino is net echt. Nee, zo slecht hebben we het hier niet.
Ik ga nog even proberen te slapen. Ik heb me een uur vergist,,hoera!

47 Rust

En toen was er de lang gehoopte stilte. De rust. Het zachte ruisen van de wind door de mangobomen in de verte. De zon die in stilte haar best doet niet al te hard te schijnen, zodat ik met nieuwe ogen kan kijken. Met nieuwe oren horen. En opnieuw rustig adem kan halen.
Niemand die me stoort. Niemand die iets van me wil. Zelfs de hondjes zijn in diepe rust.  Het natte cement heb ik opgeveegd zodat ze op de koele tegelvloer kunnen rusten. Vandaag moet niets. En mag ik lezen. Niet buiten in de schaduw, maar op bed in mijn koele slaapkamer. De ramen wel wijdopen, want in opsluiten heb ik geen zin.
Eigenlijk zou ik de komende weken lezend moeten doorbrengen. Boeken genoeg. Mensen vragen zich af waarom ik nog blijf als het hier regelmatig 'too too much' is. Simpel. Ik heb een retourticket voor over  vier weken en geen geld teveel. Plus dat we wachten op Taphas visum dat er nu toch aan dreigt te komen.
De aankoop van het stukje land onder en rond de Roundhut is bijna niet meer een reden om te blijven.  Niemand heeft haast. En de landeigenaar al helemaal niet. De meeting die ik vorige week omstandig met hem en vier zogenaamde vertrouwenspersonen had gepland,  is gestrand om reden van 'niet kunnen'. De ogenschijnlijk  belangrijkste man in dit aankoopspel - de broer van de landeigenaar- kon niet. Op hem is nu het wachten.  Of niet. Het is vechten tegen windmolens. En ik ben geen Don Quijote, al voel ik me wel vaak zo.
En dus lees ik. Het laatse gedeelte van La Superba. Een super-boek dat me razend jaloers maakt dat je zo kunt schrijven. Zo beeldend, zo vol fantasie, zo rijk. Al is de schrijver misschien een vreselijk omhoog gevallen geile ijdeltuit. Maakt niet uit. Ik geniet van zijn boek en zit of lig mijn tijd wel uit. Liggend heb je geen pijn en voel je niet dat je mank loopt.

woensdag 11 maart 2015

46 Afrika

Het is vijf uur in de middag. De zon staat al niet meer zo hoog aan de hemel. In Brikama is het een wirwar van komend en gaand verkeer. Daaronder valt alles: luxe 4 wheel drives, barrels die op de sloop niet zouden misstaan, ezels, razendsnele fietsers die er tussendoor slalommmen. En voetgangers natuurlijk. Het is een wonder dat het allemaal langs elkaar heen glijdt zonder ongelukken te maken.
Op de markt vechten de verkoopvrouwen om mijn aandacht. "Customer!!" roepen ze, omdat ze weten dat ik voor groenten kom. Ietsjes terug zit een vrouw stilletjes achter haar berg natgemaakte sla. Met een lach hoopt ze mij te lokken. Lukt. Zij is de enige die in de schaduw zit overdag en sla uit de schaduw heb ik liever dan halfgekookte in de zon. Nu is er geen hete zon op de markt. Toch koop ik bij haar. "Jelloe? hoeveel" vraag ik wijzend op de  langwerpige tomaten in allerlei kleuren en groottes. "Tang Tang " antwoordt ze lachend terwijl ze haar hand over een bergje van vier legt. Ok, 4 bergjes dan maar. En twee kroppen sla. Naast haar zit een oude vrouw met een berg natte mintbosjes voor zich. Of ik Nana wil. Tuurlijk, 5 dalasis. Ik houd de zak met sla open en ze legt de bosjes mint ernaast. Ik ontkom niet aan de andere verkoopsters. Koop nogmaals tomaten en wortelen. Bij weer een ander aardappelen. Klaar. iedereen tevreden. Helaas. " Hello! you forget!" Ik lach: "njato njato". Later, later. Wat nergens op slaat want ik ben klaar met mijn groentenaankoop.
Om me heen zie ik enkel lachende gezichten. Verkopers en klanten. Wat een verschil met het sjagreinige gedoe op mijn  compound. Het doet me goed. Lachen kan dus nog. Ik bestudeer de hoofddeksels van de vrouwen. Die varieren van een enkele mooi opgemaakte tiko tot een soort nijlonkous die het  ongevlochten haar moet bedekken. Een plastic  pruik die scheef op het hoofd zit en af en toe recht getrokken wordt. Het is een werkdag en we zijn op de markt. Mooi is voor andere gelegenheden.
Ik stuur Tapha naar een stalletje die ijzeren kisten verkoopt. Het aftellen is begonnen en ik wil alles straks in kisten hebben. Op slot. Ik hou me gedeisd achter de jeep. De verkoop lukt: 350 dalasis, zelfde prijs als vorig jaar. Een wonder, want de prijzen stijgen hier per dag.
Nog even suiker zoeken tegen een redelijke prijs en dan naar de 'supermarkt'. Een rommelig hok waar je tussen de kratten en dozen je boodschappen moet zoeken. Drie zakken melkpoeder, een rek eieren en biscuit. Koffie hoeft gelukkig niet want die bleek ik nog in een uithoek van de kast reserve te hebben. Desalniettemin 1000 dalasis armer. Achttien euro voor twee zakjes boodschappen. Alsof ik bij de AH voor de kassa sta.
Nog steeds is niets is wat het lijkt. Vrienden blijken geen vrienden. Lieve buurkinderen lachen je uit als je probeert ze van de compound af te sturen. Een manke toubab, hahaha, dat is pas leuk. Vooral als ze probeert je achterna te zitten om de poort te sluiten en de hondjes inmiddels toch ontsnapt zijn. Lol.
'sAvonds zit ik stil aan tafel. In het donker. Het plafond is halfaf. In de kamer is het een ravage. Stenen, cement, stof. De lichten zijn niet aangesloten. De hondjes hebben ondertussen  een gat in de omheining geknauwd en ik kan ze niet vangen noch het gat dichten. Teveel pijn in mijn lijf.  Ik heb er geen woorden meer voor. Als Tapha thuiskomt kan ik niets anders uitbrengen dan "It is too too too much". Uitjanken en opnieuw beginnen als altijd. Wat moet je anders?
De volgende dag gaat de zon gewoon op. Het stemt me hoopvol. Wie weet wordt alles dan anders. 
Dan komt onze metselaar Marena binnen. Zijn gezicht staat droevig. "Tha baby passed away". Shit. Een week oud. Hoe? Wat? Waar? Hij vertelt gelaten hoe ze van kliniek naar ziekenhuis gegaan zijn. En hoe het uiteindelijk zondag overleden is. Dat is pas erg! Het relativeert alles waar ik me mee bezig houd. Afrika.. it sucks sometimes..

zondag 8 maart 2015

45 Water

Ze zijn weer terug, de buurkinderen. Maar nu in een andere samenstelling. Er is een meisje bij. Aan haar tanden te zien zou ze een dochtertje van onze tokkende en sissende buurvrouw kunnen zijn. Die is overigens al een week niet meer naar de put gekomen. Haar moeder wijst op haar wang. Aha. Kiespijn. Toen ik laatst vroeg hoeveel het kostte - 60 dalasis - haalde haar moeder de schouders op en mompelde iets van 'salary' en nog wat  Mandinkawoorden. Ik besloot het af te wachten want dat salaris zou ze binnen een dag krijgen van de Preschool. Daar werkt ze als kookster. Sindsdien niets meer gehoord. Prima, want ze moeten zichzelf bedruipen en ik kan niet altijd bijspringen.
"You come for the swingers?" vraag ik de kinderen die door Malang binnen gelaten zijn. Eigenlijk geen idee of dat het juiste woord voor schommel is, maar ze weten precies wat ik bedoel. Knikken hevig en racen naar de mangoboom waaraan ik twee schommels gehangen heb. Meer dan vier laat ik niet toe, dat weten ze. Met Malang erbij zijn het vijf, geen nood, er is genoeg te spelen. De puppies rennen rond sinds ik ze een half uur geleden uit het hondenhok bevrijd heb. Ze zijn zo snel, zigzaggen tussen je benen door en maken dat ik regelmatig bijna languit op de compound lig.
Het is verdacht stil opeens. ik ga naar buiten om poolshoogte te nemen. Daar komen de hondjes aanrennen van ver. De kids er achteraan. Aan hun serieuze gezichten  meen ik af te lezen, in combinatie met hun armgebaren, dat de hondjes geprobeerd hebben te ontsnappen. Of zoiets. Malang, de kleinste van het gezelschap, heeft een afgebroken machete in zijn hand. Stoerdoenerij waar ik niets van wil weten. Zelfs babies spelen met machetes. Vind je het gek dat ze elkaar ermee afmaken als het oorlog wordt!?

Het waait erg vandaag. De zon is laat doorgekomen, maar toch was het te kil op het strand. Ok, ik ben niets meer gewend ;-) Vanochtend even naar mijn sponsordochter in Boboi Lodge gereden. Samen even de lakens uitgewassen die Malang onder gepiest had vannacht. Zij heeft een kraan met heus stromend water.  Wat betreft water heb ik echt mijn langste tijd hier gehad. Mijn lijf is moe en doet zeer. Ik accepteer dan ook dat het hier in de Roundhut soms ronduit vies is. Na een keer moppen van de vloer kan je het water weggooien. Om dan weer naar de put te gaan.. pffht! Gisteren viel de pan met vis uit mijn handen. Ik ben gaan zitten en heb Sally geroepen, voor wie het bestemd was. "Sorry lieverd, vandaag eet je van de vloer". Zelfs zij leek het niet te kunnen geloven en aarzelde flink voor ze  de vissenkop tussen haar tanden nam. Jammer dat ze niet dweilen kan.

dinsdag 3 maart 2015

44 buurjongens

"Hello Tenaka, what is your name?!" Gegiegel bij de toegangsdeuren van de compound. "Hello-ho!! How are you?" In gedachten trek ik bij de put middenop de compound emmertje na emmertje naar boven en kieper het in de klaarstaande grote emmers. Niet te vol, want dan kan ik mijn nek wel weer vergeten de komende dagen.
"Soe-moelee! How are you?!" De jongetjes houden vol. Ik niet. En dus bekijk ik ze eindelijk en groet terug. Wie het zijn? Geen idee. Misschien van hiernaast, of anders van verderop. Ik ben al blij als ik wat kindertjes van de buurvrouw  die hier haar tuin bewatert herken. De jongens hangen aan de toch al verbogen roestige deur. "We help." Waarom ook niet. Als ik in dit tempo met halve emmers doorga ben ik over een paar uur nog niet klaar met de tuin en de bananenplanten. "Come."roep ik over de compound. De jongens scheuren naarbinnen alsof ik ze een zak snoep voorhoudt. Al gauw blijken twee emmers niet genoeg. Ze willen werken. Sjouwen met water. En dus haal ik alles 'uit de kast'. Halve jerrycans, een verfblik,een half vergane gieter, een niet zo erg lekke emmer en de twee nieuwe emmers. De jongste zal zo'n zeven jaar zijn, de oudste misschien tien. Ik giet de klaarstaande emmers en vaten voor een kwart vol. "Small small. Dmanding" leg ik ze uit. Met kleine beetjes tegelijk. Want te vaak zie ik kinderen met meer dan de helft van hun lichaamsgewicht aan water sjouwen. "Small-small- dmanding-dmanding!! apen de jongens me na en rennen vrolijk naar de bedden met bosjes juist ontsproten worteltjes. Ze maken er een sport van om zo gauw mogelijk terug te zijn om weer nieuw water van me te krijgen. Zouden ze Engels leren op school? Of zouden ze Arabische school doen? Gaan ze eigenlijk wel naar school?!  Als ik het ze vraag blijft een duidelijk antwoord uit. Maar het is overduidelijk dat ze graag willen praten in een andere dan hun eigen Mandinka-taal. "Goed zo! Well done!" roep ik als ze voor de zoveelste keer bij de put staan te dringen. "Goed-zo-well-done" herhalen ze in koor. Tellen kan er dan ook nog wel bij. En zo staan de jongens even later op hun vingers in drie talen tot vijf te tellen: Mandinka, Engels en Nederlands.

Had ik nou toch niet naar hun namen moeten vragen? Juist deze keer gaf ik dat op. Ik zou ze misschien toch nooit meer terugzien of ze niet herkennen. Volgende keer toch maar weer doen, als altijd.
Het is mooi geweest voor vandaag. Ik bedank ze hartelijk met elk een Nederlands citroenballetje. Vrolijk rennen ze de compound af. Ach.. zijn ze helemaal vergeten waarvoor ze ongetwijfeld kwamen. Voor de twee schommels in de mangoboom natuurlijk! Volgende keer dan maar. Met de 'toebab' samen de planten bewateren was klaarblijkelijk leuk genoeg.

woensdag 25 februari 2015

43 Kip

De kip scharrelt rond in de huiskamer van Jarra. Ze springt op de enorme - op afbetaling aangeschafte - Afrikaanse crapeauds. Schudt met haar achterste  en wroet met haar pootjes in de zachte bruine stof. Tin zit aan tafel en probeert te onderhandelen met Mister Boelebak, een oudere Gambiaan met meerdere vrouwen, een dikke auto, heel veel kinderen en een flinke buik. Hij is een van de betere klanten, en  helaas ook een van de meest irritante. Hij is te laat om de eerste keus te hebben en dat zint hem niet. Waarom Tin niet verteld heeft dat ze ging verkopen. Tegen dovemansoren zegt Tin dat  ze dat wel gedaan heeft maar dat hij zelf niet gekomen is. Ondertussen ligt er op de salontafel wat onduidelijk gereedschap uitgestald. Of Tin de winkel niet open kan doen want hij heeft kinderkleren  nodig. Helaas,  de sleutel is er pas na de lunch.
Met grote veelzeggende ogen kijkt Tin mij aan. "Ik wil een ei" zegt ze plots, wijzend op de nog steeds rond scharrelende kip. Het is duidelijk een poging om van het gezeur af te zijn. "That is possible" valt Omar in , die zich tot dan toe afzijdig heeft gehouden. Gedrieen volgen we de kip die van de ene op de ander stoel springt. Ze kan letterlijk haar ei niet kwijt. Mister Boelebak bevalt het allemaal niets. Hij wil tot zaken komen. Het gereedschap is inmiddels door hem uitgezocht en Tin noemt haar prijs. Uiteraard is hij daar niet tevreden mee. Behalve afdingen worden er nu ook dingen bijgelegd om de koop voordeliger te maken. Tin blijft zich echter vooral voor de kip interesseren. Wat de kip kan, kan Mister Boelebak ook. Hij wringt zich uit het veel te lage en voor hem te kleine stoeltje en begint door de kamer te scharrelen. Hij opent doosjes, schuift laadjes open en tilt plastics van dozen op, er zeker van  dat er handel voor hem verborgen wordt gehouden. Als Tin hem zegt dat hij in haar privedingen neust, kan hij zich daar niet boos om maken. "I may come here, so I can do this". De kip en de man scharrelen ongeduldig rond.
 "Put the chicken in a box and she will lay down an egg for you" oppert Omar. Als de kip even stilhoudt in een hoekje van de stoel, grijpt hij het wild op fladderende beest en stopt het in een bananendoos. Nog even horen weg geschuiel en gekrab, maar dan wordt het rustig. Mister Boelebak neemt zuchtend weer plaats aan de onderhandelingstafel. Voor het gereedschap heeft hij een plastic kratje gevonden. Nog steeds ontevreden over Tins prijs rukt hij een zeiljack uit een hoek tevoorschijn. Dan moet dat er maar bij.  En daarmee lijkt de zaak  rond. Lijkt, want hij moet eerst nog naar huis om geld te halen. "Cash and Carry" zegt Tin onverstoorbaar.  Ontevreden haalt hij zijn schouders op en sjokt weg van de compound.
Uren later, de winkel is inmiddels open geweest, zijn we weer terug in Jarra's huiskamer. Nieuwsgierig tillen we de deksel van de doos waar de kip in zit. Op het zachte oranje meisjesjurkje dat erin ligt, heeft ze voor Tin een ei gelegd. De kip fladdert razendsnel de kamer uit. "Morgen weer een ei?" vraagt Tin ongelovig aan Omar. "Yes, just place the box. She knows now."
In de deuropening neemt de gestalte van Mister Boelebak al het licht van buiten  weg.  Hij heeft het geld en "of de winkel open kan." Helaas, alles is net op slot nadat de winkel uren open is geweest. De  man kan zijn ogen en oren niet geloven. Voor hem doet ze toch zeker wel de winkel open?! Ik steun Tin en zeg dat we helaas weg moeten. Een belangrijke afspraak.

Tien minuten later zitten we op gammele stoeltjes aan een flesje JulBrew bier bij African Lodge. Afgezien van een met koptelefoon op, rond dansende Senegalees zijn we de enige klanten. Uit ballorigheid heb ik sigaretten gekocht. Ik wilde twee losse maar de shop deed alleen in pakjes. Ook een doosje lucifers dan maar. Krijg ik er meteen tien. En zo zitten we allebei te giechelen met een sigaret die helemaal niet smaakt - we zijn geen rokers - en een koud biertje. Een sigaret hoef je niet te roken en dus houden we hem alleen tussen onze vingers. De barman kijkt niet begrijpend. Twee witte vrouwen die een sigaret niet oproken. Wijzelf vinden niks gek meer. Alles is hier mogelijk . Ook roken zonder te roken. En die sigaretten komen zonder ons ook wel op. Misschien iets voor Mister Boelebak?


zaterdag 21 februari 2015

42 tja

Wat moet of kan ik nog zeggen? Het is niet leuk meer. Eigenlijk al niet meer sinds de aanvaring met Omar. Ik wordt steeds ongeduldiger, moeier ook en steeds vaker boos op de jongens en eigenlijk op iedereen die in mijn buurt komt. Ik zou eruit moeten, maar daartoe mis ik energie en initiatief. Echt leuk wordt het toch niet, dus waarom je dan ook nog eens uitsloven om helemaal naar de beach te gaan waar het toch te winderig of te heet of te koud is. Het stormt al dagen. En niet alleen in mijn kop. De golfplaten van de Roundhut rukken aan de palmsticks van het dak. Dat vliegt er nog eens af als de golfplaten niet bijgeknipt worden. Gewoon netjes rond zonder enorme uitsteeksels waar de wind vat op kan krijgen. De timmerman die het dak gemaakt heeft moet dat doen. Volgens Omar heeft hij maanden geleden al beloofd het te doen. Ik verbaas me nergens meer over, maar het irriteert wel.
Gisteren zag ik hem opeeens bij ons op de compound staan. Klaarblijkelijk was hij ingelicht door Omar die ik gezegd had dat het dak nu eindelijk eens bijgeknipt moest worden. Is hij anders altijd jolig, nu hield hij zich flink gedeisd. De laatste keer dat we elkaar zagen zat hij middenin de job van ons plafond.  Toen daar opeens het bericht van Omar tussendoor kwam dat de grond niet aan mij verkocht zou worden, met een wederzijdse woedeuitbarsting tot gevolg, toen maakte de timmerman zich stilletjes uit de voeten om niet meer terug te komen. En nu is hij er weer. netjes op zijn vrijdags en duidelijk niet in werkkleding. Het kost wat moeite maar da nodig ik hem toch uit voor een kop koffie. Binnen. Wat zoveel betekent als "we spreken prive met elkaar". Niet dat ik ook maar een plan heb, maar dat komt vanzelf wel als we tegenover elkaar zitten.
Eerst hebben we het over de familie, dat hij de oudste is van zestien en dat hij ze allemaal onderhoudt. Belofte aan zijn vader op zijn sterfbed. Ik knik. Ja ja. Dan raap ik de moed bij mekaar en zeg dat ik het vervelend vindt dat hij destijds middenin de plafondjob geconfronteerd werd met de narigheid rond de grond. Tegen mijn zin, krijg ik het zowaar uit mijn mond dat hij het plafond af mag maken als hij wil. "Stop! is Stop!"zeg ik regelmatig tegen de jongens als ze opperen de grote en/of kleine karweitjes aan de Roundhut af te maken. En nu geef ik dan toch het startsein voor het plafond dat nog gedaan moet worden: de resterende helft. Weer matten bij bestellen. Wie heeft het nummer van de mattenman? Wie weet het nummer van de sticks-man? Matten en palmsticks moeten samen voor een plafond zorgen. Niet langer drie maal per dag vegen, dweilen en wat-al-niet.

Sprekend met Tien1 over dit alles - zij is hier twee weken voor de stichting -  adviseert zij me ook voorlopig zeker geen dingen meer aan de Roundhut te doen. En al helemaal geen watchmanhuis af te maken. Eerst maar eens afwachten wat er van Omars kant gebeurt of niet gebeurt. Ok, dat is duidelijk, een medestander. En daarmee is de tweede grote beslissing gevallen. Hopelijk geeft dat nu eindelijk eens rust.
Zucht, was ik maar een toerist.. met een boek op een bedje in de zon.

ps hier de beloofde niets-aan-de-hand fotoos



vrijdag 20 februari 2015

41 klem

Ik heb mezelf nogal in de klem. Daardoor kan ik niet voor en niet achteruit. Door na de botsing met grondeigenaar Omar te schreeuwen dat ik geen 'butut' meer aan het huis of wat dan ook besteedt, kan ik met goed fatsoen niet eens het plafond binnen afmaken. Laat staan het dak, de ramen en de deur van het watchmanhuisje. En daarmee snijd ik me vervolgens giga in mijn eigen vingers. Want zonder plafond word je gek van het stof en de viezigheid en zonder watchmanhuisje geen bewaker die op de Roundhut gaat letten als ik in Nederland ben. Behoorlijk shit dus. Geef ik mijn principes op dan zullen ze me nooit meer serieus nemen. Dat heet hier: "just words of the mouth".
Ik stel dat opgeven nog even uit tot ik het idee heb gekregen dat ik wel serieus genomen ben. Over de grondaankoop ga ik het nooit meer hebben, zoveel is zeker. Of Tapha het stuk grond wil cq kan kopen is zijn zaak. Zolang ik leef kunnen ze me niets maken en dus ga ik tot die tijd maar van mijn huis genieten.
Door teveel problemen en gezever is genieten echter een moeilijk woord geworden. Een dagje uit helpt beslist, maar voor je het weet zit je weer tegen het huisje zonder dak aan te kijken en begint het gepieker overnieuw.

 Daarom een paar gezellige fotoos van ons dagje naar Casamance- Senegal gisteren. Want ellende is er al genoeg ;-)



woensdag 18 februari 2015

40 Offroad

Het loopt tegen zessen als Futámpaf zo ongeveer op haar hoogtepunt is. De zon staat al laag. De mannen zijn uitzinnig en springen in de kring rond als waanzinnigen. Met stokken, dooie kippen en een enkel geweer zwaaiend, vliegen de rieten rokjes alle kanten op. Een laatkomer wordt direct uit zijn - de sloop waardig - vehikel gesleurd en voorzien van een rappa om zijn middel. Dansend en springend worden de broekspijpen van de man opgestroopt een een kapmes in zijn hand gedrukt.  Wild om zich heen kijkend  begint het stuiptrekkende dansen en omringd door zijn vrienden en familie betreedt ook hij de kring. Het is een lawaai van jewelste. De trommels gaan uitzinnig tekeer en zwiepen de menigte op. De vrouwen slaan zo hard als ze kunnen op de ijzers en de metalen klanken  lijken de lucht doormidden te snijden.

Wij moeten naar huis. Kleinzoon Malang is de hele dag mee geweest en moet morgen naar school. Daartoe brengt Tapha hem zondag 's avonds terug naar huis. Tranen, want te leuk bij ons.  De 'brothers' van Tapha, Pap en AduBoy, rijden met me mee. AduBoy wil graag rijden 'he is a driver'.  Na enig gemorrel aan het contact slaat de motor aan. De startmotor uit Nederland lijkt dezelfde problemen te hebben als de oude. Geen punt, we managen het. Langzaam zet de jeep zich in beweging en Paf! daar staat hij, vast in het losse zand. Ik bekijk hoe de driver zijn best doet om de jeep in beweging te krijgen. Het wordt tijd om in te grijpn als ik zie dat hij de  pook van de 4wheeldrive in neutraal heeft gezet. Het wordt tijd om van plaats te wisselen. Ik sta namelijk nooit vast, en dat zonder de 4wheel drive te gebruiken. Onwennig staat de boomlange man naast de jeep en ziet hoe ik de jeep met een ruk uit het zand rijdt.  Om schaamte te vermijden - iedereen stond er inmiddels omheen - stap ik weer uit en neem plaats op de bijrijderstoel zodat  de driver met opgeheven hoofd , voor zover mogelijk, weg kan rijden uit de menigte die inmiddels toegestroomd is. Klus geklaard en rijden maar. Gebogen over het stuur, want veel te lang voor ons jeepje - legt hij  me uit dat het de 'diska' is.  Ik verbaas me, niet wetend wat een diska is. . "You mean it is loosing pressure?" probeer ik. Nee dat niet, schudt hij al hotsend en botsend door de diepste kuilen  het hoofd. Het heeft me te overbrenging te maken weet hij me uiteindelijk duidelijk te maken. Ik pijnig mijn hoofd met de spaarzame kennis die ik heb van de motor vergeleken met de kennis die deze man heeft. Een Gambiaanse automonteur en een driver bovendien. Wat zal ik dan aan zijn woorden twijfelen?!

Een dag later. Tapha brengt de jeep weg naar Omar die zowaar aangeboden heeft de motor eruit te halen. Inmiddels heb ik uitgezocht wat een diska is. De koppelingsplaten zijn versleten. Raar, nooit iets van gemerkt. Maar wie ben ik nou helemaal in deze?! Als de platen eruit gehaald zijn moet Tapha naar Brikama met de GilyGilly om het te laten repareren. Ik geef Hollands geld mee om te wisselen. Koop maar nieuw. "No Tineke, you don't buy new! ""they repair it!" Het zal allemaal wel, als de jeep maar weer rijdt straks want ik zou me geen raad weten zonder.

Het is al donker als ik de twee lichten zie opdoemen op het weggetje naar de compound. Ha! Hij rijdt weer. Wat zijn ze toch snel als het moet. "And?! " vraag ik Tapha die inmiddels uitgestapt is. "Nothing"  zegt hij lachend. Pardon?! "Nothing" herhaalt hij, "it is lack of driving. He don't know how to drive in the sand". Ik geloof mijn oren niet. Dus ze hebben met vier man voor niets de motor uit de jeep gezeuld om te ontdekken dat er met de koppelingsplaten niets mis is?! "Yes!. Nothing wrong". Ik zie de situatie in het zand weer voor me, hoe ik zonder enig probleem de jeep uit het zand reed. "Okay!"roep ik enthousiast. Want het zegt niet alleen iets over AduBoys chauffeur zijn maar meer nog over mijn kwaliteit van offroad rijden. 

En wat heeft het me gekost om dit slopen en weer monteren van de motor te bewerkstelligen? Niks. Tapha gaat als tegenprestatie de gate op de compound lassen. Handig, want die is bijna niet meer open of dicht te doen sinds hij verwrongen in de scharnieren hangt.
 Aaardige bijzaak: het lijkt erop dat we terug zijn op 'speaking terms' met Omar. Mooi zo. Dan heeft altijd glimlachen en hallo zeggen misschien toch nut gehad. En de jeep rijdt gewoon als voorheen.

dinsdag 17 februari 2015

39 managen

Rust. Stilte. Alleen de wind die ruist door de mangobomen. Stilte na de storm. Want het was weer eens raak vandaag. Gisteren begon het al. Koorts en overal pijn. Wat nou weer?! De malariatabletten legde ik klaar en instrueerde Tapha voor het geval het door zou zetten. Malaria gaat keisnel. Voor je er erg in hebt ben je slap en half bewusteloos. Maar na een hazenslaapje zakte de koorts en was ik weer redelijk aanspreekbaar. Kopje thee erbij en door maar weer.
Vannacht echter werd ik gewekt door Sally die aan het kotsen was. De arme ziel is gisteren gesteriliseerd in de kliniek. Nog half onder narcose werd ze door de jongens thuis gebracht. Die hebben geen idee wat narcose is, dat ze afwezig op haar pootjes midden in de kamer staat te kotsen. Geen eten geven was dan ook mijn bevel min of meer. En spaarzaam water zolang het er toch weer uitkomt. En zo stond Tapha slaapdronken in zijn nakie (not done hier!) middenin de nacht buiten met Sally aan de riem. "Just follow up what she wants" en stond ik de overgegeven gal met wc papier op te vegen.
De volgende ochtend, vanochtend dus, kon ik niet op of neer. Was mijn been rood geweest dan was ik naar de kliniek terug gegaan met het idee dat de infectie weer opgevlamd was. Maar er was niets te zien. Dus hield ik het erop dat de hele zondag - weliswaar met een steunkous aan - op mijn poten staan misschien toch iets teveel van het goede was geweest. Plus daarop gisteren even flink geprobeerd te bewegen met mijn benen in het zwembadje van Project Lodge. Teveel dus.
Liggend in bed, ervan overtuigd dat ik de hele dag rust zou houden, kwamen de 'small and big jobs' vanochtend aangestormd. Dit moest gebeuren, en dat en dat en dat en wie gaat dat doen etc etc. Dus eruit. Op het muurtje buiten zit Tapha koffie te drinken met Salieu. Dat ze even daarvoor de tuin en de bananen bewaterd hebben is mij ontgaan. Het is elf uur. Binnen is het een bende en vies. De kots is opgedroogd evenals de gisteravond door Tapha gemorste koffie naast mijn bed. Ik ben de enige die er aanstoot aan neemt. Ik probeer Tapha te organiseren. Wat is je plan Wat doe je eerst? Wat dan? Wanneer haal je de vis op? Wanneer breng je de jeep weg om de koppelingsplaten te vernieuwen? Etc etc. Als hij weg is, ben ik het opeens zat en ga tekeer tegen Salieu. Het lijkt wel of ik een baas ben die jobs uitdeelt. Of een moeder die haar kinderen opdracht geeft. Is het luiheid? vraag ik me af. Eh.. nee.. Afrikaans. En Afrikaans zouden wij misschien wel lui of laks noemen, zij trekken zkker hun wenkbrauwen op als ik dit zal zeggen. Dus bedenk ik me hoe ik het wel aan zal pakken. Nooit kritiek in het openbaar geven aan je man, was het advies dat ik destijds kreeg. Wacht tot twee uur 's nachts in bed. Ja ik ben dr gek! Nu. En dus kies ik voor de middenweg,  wel in de slaapkamer maar zodra Tapha terug is. Ik wijs hem op de vuile plek naast mijn bed. Waarom maak je het niet schoon als je morst. Geen woord. Het is niet makkelijk om kritiek te leveren.  Na wat gefoeteren nauwelijks reactie van zijn kant gooi ik het roer om. Het heeft allerminst nut om hem kopschuw te maken. Ik wil immers verandering? Dus besluit ik verder met ons drieen te praten, als drie gelijke huisgenoten.
Zittend aan de tafel probeer ik uit te leggen dat er taken zjn die ik niet kan en wil doen. Zware jobs als waterhalen bij de pomp en bij de put.  Of de jongens dat op zich willen nemen en zelf willen controleren of er nog genoeg is. Dan hoef ik niet steeds opdrachten uit te delen. Salieu knikt en zegt dat hij het begrijpt. Tapha zit met een gezicht voor zich uit te kijken dat op vele manieren te interpreteren is. Het kan schaamte zijn, schuldgevoel of zelfs boosheid. Zeg er wat van. Ik vraag wat hij denkt. Niets. Wat hij voelt dan. Dat zo nog minder. Zucht. Dit kan je maar beter laten en overgaan op practische oplossingen. Ik vertel dat we elkaars gelijke zijn ( zij denken in 'elders' - ouderen- ) en dat we kritiek op elkaar mogen hebben. Zij ook op mij. En dat het hier een half Afrikaans, half Toubab huis is. Dat ik me beslist aanpas maar dat sommige dingen echt niet kunnen qua hygiene. En dan te bedenken dat de hygiene-op-zijn-maximum-hier-in-huis ongeveer een tiende is van de standaard die ik thuis handhaaf. We willen niet ziek worden en de hondjes ook niet. Dat gaat erin.
Buurmeisje Jarra heeft wel drie keer geprobeerd tijdens het gesprek binnen te komen. Dan mist ze dit, dan mist ze dat voor de lunch die ze voor ons klaarmaakt. De jongens hebben voor het eerst gisteren zelf groenten op de markt gehaald en ze moet het dus maar  met hen regelen. "Where is the supermee?" flirt ze met Salieu. Waar  is de witte kool? Tapha schudt zijn hoofd. Hij kreeg heel veel sla mee van de marktvrouw, vervolgens is hij waarschijnlijk daardoor de kool vergeten. En de maggiblokjes? En de peper? En de vis?  En de ... en de...
Ik keer mijn hoofd af. Zoek het allemaal maar uit. De rijst met stukgekookte groenten komt me al weken de keel uit. Ik neem wel weer een Kruidvat- vermagerings shake. Niet dat ik af moet vallen. Want dat gaat hier wel vanzelf...

zaterdag 14 februari 2015

38 Futámpaf

Futámpaf.. In augustus gaat deze enorme Djiola celebration plaats vinden in Casamance (Zuid Senegal). Naar ik me heb laten uitleggen vindt dat eens per 40 jaar plaats. Alle jonge  en inmiddels niet meer zo jonge  mannen zullen daar twee weken hun man-zijn bewijzen door Djola-dansen te doen met honderden tegelijk. Behangen met kralen en bellen. Gewapend met stokken en machetes, met rood en blauw geverfde gezichten en strooien rokjes van uitgerafelde rijstzakken.
De ouders van deze jongemannen zullen verkleed gaan in vrouwenkleren, kompleet met tiko rond het hoofd. Een hele gebeurtenis dus.
De voorbereiding is sinds een week aan de gang. Elke zondag wordt er in een ander dorp geoefend. Morgen is ons buurdorp Berendeng aan de beurt. Om acht uur morgenochtend word ik verwacht op Tapha's oude compound. Daar zullen zeker honderd familieleden aanwezig zijn om af te reizen naar Berendeng. De vaders zullen hun zonen op de traditionele manier scheren: met geometrische motieven op het achterhoofd. Dan ben ik meteen bij de reden waarom Tapha zich dar morgen beslist niet vertoont.Lachend maar uiterst serieus vertelt hij dat hij zich absoluut niet laat scheren. Hij is te trots op zijn korte rastaplukjes waar hij ongeveer een jaar over gedaan heeft. Als ik opper dat hij toch gewoon kan kijken schudt hij heftig zijn hoofd. Ze zullen hem met man en macht grijpen en vasthouden tot hij geschoren is. Hij sluit zich zelfs opin de Roundhut met de deur op slot, want ze zullen hem zeker proberen te halen.
Een absurd verhaal weer. En dus ga ik morgen samen met Salieu en kleinzoon Malang, gewapend met camera. Salieu loopt geen 'gevaar'omdat hij Futámpaf al eerder gedaan heeft. Hoe kunnen ze hem op zijn woord geloven vraag ik hem. Letterlijk: op zijn woord, een geheim woord dat hij destijds meegekregen heeft.
En hoe die honderd familieleden daar dan naar toegaan? Met de bushtaxi. Als ik opper dat ze dan wel flink wat busjes nodig hebben barsten zowel Tapha als Salieu in lachen uit. Ze gaan met honderd man in twee busjes.  Elk normaal gesproken bestemd voor maximaal 20 personen. Ze zullen op het dak zitten, aan de zijkant hangen en wat ze nog meer uitvinden om plaats te nemen. Ik ben benieuwd. Ik ga wel met de jeep ;-)

donderdag 12 februari 2015

37 update oproep


Aan iedereen ie aan mijn oproep gehoor heeft gegegeven: dank dank dank!
Onder andere dankzij jullie kon ik gisteren de uitgebreide rekening van het tweede ziekenhuis betalen. Deze was weliswaar 3x goedkoper dan de eerste, toch liep het met alle medicijnen en de fysiotherapie nog flink op.  Ik heb nog een beetje over voor de nazorg maar niet genoeg. De stichting houdt me op de hoogte en liet me weten dat er af en toe nog wat binnen komt. Komt tijd, komt raad. "Dad" zoals ik Salieu's vader maar noem, moet nog zeker 4x terugkomen voor fysiotherapie.
De wonden zijn genezen en de katheter is goed geplaatst zodat hij daar geen pijn meer van heeft. Helaas loopt er veel niet of nauwelijks opgeleide verpleging rond in de Gambiaanse ziekenhuizen. Ze doen maar wat. Geven babies injecties bij het leven en staan allerminst verbaasd als zo"n babietje dan overlijdt. Of prikken in het donker eindeloos om een infuus aan te brengen, wat dan natuurlijk niet lukt. Nare toestanden. Helaas heb ik veel te veel gezien hier op dat punt.
Maar Bijilo Medical Clinic is een kliniek die ik vertrouw. Bovendien zit daar sinds kort een Nederlandse tropenarts samen met zijn vrouw. Tijdens de evaluatie die ik met hem had over "Dad" vertelde hij dat die waarschijnlijk ook mentale problemen heeft. Alzheimer is niet ondenkbaar gezien de vage reacties die hij vaak geeft. Veelal ook verward. Verder waren de spieren door dat ze niet gebruikt zijn ernstig in sterkte afgenomen en denkt de arts zelfs dat er sprake kan zijn van ... kan zelf niet op het woord komen  (slaat het nu ook bij mij toe ? ;-) )
Anyway.. we hebben gedaan wat we konden en hopen op een rustige oude dag voor hem. Ik zal nog regelmatig poolshoogte nemen in Brikama, het dorp waar Salieu's ouders op een compound wonen. Ik doe geen foto van de woonomstandigheden hierbjj want dan zouden jullie geschokt zijn. Ik ben eraan gewend en neem het voor wat het is.
Ondertussen sleep ik mezelf voort met een been dat na de ziekenhuisopname nog steeds niet goed is. Veel teveel vocht en enkels van een olifant. De rit in de jeep  op volledig doorgezakte stoelen gisteren - eerst naar de kliniek in  de 'grote stad' en daarna nog eens naar de compound van 'Dad' en last-but-not-least toen nog eens in halfdonker naar huis-  heeft me genekt. Ik kan even niet op of neer en ga plat met of zonder boek. Si gewricht.
Ondertussen zijn er altijd kleine dingen om van te genieten. De hondjes die vrolijk rondhuppelen of een kind dat geniet van spelen in het stoffige zand met een oud stokje. Dat en al die andere mooie en gelukkige momenten maken veel ellende goed.

Heel lief dat jullie direct reageerden op mijn oproep. Hartstikke bedankt allemaal! Dikke kus van mij, Tien

Ps overmaken mag nog steeds, dan kan de nazorg ook uitgevoerd en  betaald worden

dinsdag 10 februari 2015

36 Coffee please!

In een met blokken afgeschermde hoek van wat de veranda worden moet, wonen onze vier puppies Freedom, Justice, Liberty en Little Tin. Het is donker buiten en ik hoor Freedom hevig tekeer gaan. Toch niet weer mieren in hun 'hok' ? Toen we laatst om een uur 's nachts thuiskwamen van het Kartong Festival hoorden we een eensluidend gejank. Hun slaapplek bleek veranderd in een groot zwart mierennest. Een voor een moesten we de prikkende beesten tussen hun teentjes en uit hun vacht plukken voor ze in huis in een doos in slaap konden sukkelen.
De volgende morgen  was ik al vroeg op om poolshoogte nemen. Het bleek het eten te zijn dat ze nog niet opgegeten hadden. Verdorie, hygiene, ik kan het niet vaak genoeg zeggen tegen de jongens. Als de boel niet schoon is krijg je problemen. Tot dan toe legden we opgedroogde rietstengels op de grond. In opdracht van mij - helaas bedenken ze het zelf niet - moest dat toch wel na een paar dagen verschoond worden. Het bleek een bende van ondergepieste lappen, mieren en poepstro. Woedend over zoveel onnodige extra problemen beende ik naar de jerrycan met peut. Ondertussen was Tapha zijn bed uit gekomen en zag met grote ogen hoe ik het veel te dure blik leeggoot over de mieren en de verdere rotzooi. Met een blik van "zo doe je dat" nam ik plaats op het lage muurtje en overdacht de situatie. Mijn woede was geenszins in verhouding tot de weliswaar bende in het puppy hok. Ik was al dagen woedend en waarlijk agressief. Gefrustreerd door een typisch Afrikaanse - eerste- ruzie met de eigenaar van de grond waarop mijn huis gebouwd is.
Vol ongeloof had ik een paar dagen daarvoor het ene na het andere onderwerp dat niets met de situatie te maken had aan gehoord en becommentarieerd. Wie denkt dat je met logisch nadenken en redelijkheid het kan winnen van een Afrikaan, die heeft het giga mis. Je verdoet je energie met proberen te begrijpen dat het een met het ander te maken heeft en uiteindelijk hoor je dagen later waar het in feite echt om ging. Om jaloezie tussen twee vrouwen. Je gelooft je oren niet.
De vrouw van de grondbezitter en de moeder van mijn geadopteerde kleinkind kunnen niet samen door een deur. Wat heet. De een is strontjaloers dat ik haar kind sinds de geboorte onder mijn hoede heb genomen en de ander is strontjaloers omdat de vrouw van de grondeigenaar voor ons mag koken en ik op hun grond een huis gebouwd heb. Ik weet daar allemaal niets van en kan zoveel onzinnigheid niet eens bij elkaar fantaseren.  Maar hier is het een heus probleem. Jalozie is een ziekte waarvan ze zelf zeggen dat het 'in hun bloed zit' en dat ze er niets aan kunnen doen. Roddel en achterklap maken het nog een graadje erger.
 En dus verbaast het me hogelijk dat me geweigerd wordt de grond onder de Roundhut te kopen zodat Tapha na mijn dood er kan blijven wonen. Met ogen groot van verbazing kijk ik van Tapha naar Omar die de boodschap komt brengen. Hij heeft me destijds weliswaar uitgenodigd om op zijn grond te bouwen, maar van deze vriendelijke geste is weinig over. Nu ik veranderd ben van "geen land willen hebben in gambia" tot  juist wel om de Roundhut voor Tapha veilig te stellen, juist nu  komt de familie op de proppen met de retorische  vraag wie eigenlijk de eigenaar van al het gebouwde is.  Mijn intuitie heeft me dus  -op tijd/ te laat? op het idee gebracht misschien toch maar tot aankoop van de grond over te gaan. Overigens volledig absurd want ik zou even niet weten waar ik dat dan van zou moeten betalen. Maar dat terzijde. Het gaat voorlopig over het principe . En dat principe is nu - na een week van bijkomen, gereduceerd tot jaloezie om mijn kleinkind. Ik dacht een fantastisch motief te hebben om Tapha de Roundhut na te willen laten en deed er nog een schepje bovenop door te zeggen dat Malang dan gewoon samen met Tapha de weekends door kon brengen. De twee zijn allerliefst samen  en Tapha is als een vader voor hem als hij bij ons is. Dat steekt. Dat killt. Dat vermoordt alles wat ik opgebouwd heb. Dat zorgt dat je woedend, gefrustreerd en uiteindelijk teleurgesteld en verdrietig op de rand van het puppyhok  in elkaar zakt en ziet hoe de zon weer langzaam omhoog kruipt boven het land. Dit kan zo niet langer. Onze  relatie gaat er straks ook nog aan als ik zo doorga.
Stilletjes maken we samen  het hok schoon, steken de hens in het stro en de vieze lappen en maken houtskool aan voor koffiewater. Terug naar de dagelijkse beslommeringen maar. En proberen iets van deze dag te maken. Naar het strand met Malang die godzijdank niets van het gebeurde meegekregen heeft. Zonder het erover te hebben neemt Tapha plaats achter het stuur en rijden we gedrieen naar Sanyang. Daar val ik als een toerist op een bedje in slaap. Als ik wakker wordt zie ik Tapha met Malang spelen in zee. Niets is wat het lijkt. Tapha blijkt hem met een forse greep uit de golven gerukt te hebben. Raar lopend zie ik hem hand in hand met Malang terugkomen naar mij. Hij blijkt zijn rug verrekt te hebben . Dat kan er nog wel bij. De dag erop kan hij niets meer. Ik pomp hem vol met pijnstillers en verbiedt hem ook maar een theepot op te tillen.  Gelukkig is er een bevriend stel langsgekomen dat me helpt met het  bewateren van de cocospalmpjes en bananenplanten. De vrouw oefent het water ophalen uit de put en de man brengt de mmmers rond. Binnen vermaken hun kinderen zich met de enorme hoeveelheid speelgoed. Sinds hun vertrek een jaar geleden hadden de meisjes van drie en zeven niet meer met poppen gespeeld. En dan ook nog jonge hondjes! Ik beurde langzaam op en probeerde mijn nieuwe Afrikaanse strategie uit: no problem! nooit en te nimmer om niets! En altijd lachen en vooral liegn om wat je werkelijk aangaat.
Het heeft me over de streep getrokken.  Het huis heb ik me mentaal weer toe geeigend. Een mooie die daar beslag op gaat leggen. En dood ben ik nog lang niet..
En wat gebeurt er ondertussen terwijl ik dit schrijf?! De dierenarts belt dat hij aan de weg staat. Als een gek probeer ik de jeep te starten om hem op te halen. De man heeft geen tijd om te wachten. Een uur later ligt Freedom uitgevloerd in een doos. Hij is gecastreerd buiten op de mat. De anderen hebben rabies injecties gehad.Sally kan niet eten van de stress om haar babies. Ik zei het al eerder: never a dull moment hier.

Koffie graag!!!

donderdag 5 februari 2015

35 beterschap

Op het zandweggetje voor de kliniek staat Salieu's moeder ons al op te wachten. Ze straalt, ik herken haar bijna niet. Haar man heeft geoefend en ze doet haar armen hoog in de lucht. Dan trekt ze haar hoofd op zij en kijkt er veelbetekenend bij. " En hij heeft buiten gezeten in de rolstoel, in de zon!" vertaalt Salieu voor me. Binnen ligt zijn vader strak voor zich heen te kijken. Maar hij antwoord "fine fine" als we hem vragen hoe het gaat. We hebben chakry voor hem meegenomen. Liefdevol hijsen ze hem overeind en zetten hem rechtop op de rand van het bed. Eerst probeert hij zelf de lepel naar zijn mond te brengen. Als dat niet lukt voert Salieu zijn vader de yoghurt met couscous. Hij smult.
Het is overduidelijk: we hadden geen beter beslissing kunnen nemen dan hem hier te brengen, in Bijilo Medical Clinic.

Iedereen die heeft geholpen om hem te verhuizen van de ene naar de andere kliniek: hartelijk dank namens Salieu en zijn ouders. En natuurlijk van mij!!

zondag 1 februari 2015

34 Oproep

Iedere keer dat ik hier ben komt er wel een serieus probleem langs dat hoe dan ook opgelost moet worden. Vorig jaar was het de watertoren op de Preschool die op instorten stond en de doodzieke sikkelcel patiënt die bloedtransfusie nodig had. Het jaar daarvoor en daarvoor, een familie die dakloos werd door brand en een meisje dat met spoed geopereerd moest worden. Nu is het Salieu 's vader die hulp nodig heeft.
Waar ik al bang voor was kwam vandaag ter sprake. Geld. Hoe moet de ziekenhuis opname in vredesnaam bekostigd worden?! Land verkopen doe je niet zomaar om aan geld te komen. Dus zouden ze de arme man terug naar huis moeten brengen. Op zich niet zo heel gek want aan een herseninfarct of een bloeding is niets te doen helaas.
Erger is het gesteld met de ernstig verwaarloosde doorligwonden - hij was al een maand belegering thuis - die alléén in een ziekenhuis verzorgd kunnen worden. In verband met een vergrootte prostaat kiezen ze er hier vaak voor een katheter aan te leggen die om de twee weken vernieuwd moet worden. Dit is op een of andere manier niet goed gegaan want hij vergaat van de pijn en heeft vel bloed in de urine.
Alles bij elkaar genomen en in overleg met de Nederlandse arts die mij laatst behandeld heeft, lijkt het ons het beste hem toch te verhuizen naar een andere (  goedkopere) kliniek.
Nu het punt waar het om gaat: geld. Heus niet veel naar Nederlandse begrippen maar wel.. Geld. Met een tientje per dag komen we een aardig eind. Dan kan hij na deze ziekenhuisopname nog een weekje bijkomen van de Stroke en kunnen de wonden verzorgd worden.
Help me alsjeblieft Salieu en zijn vader te helpen, want alléén kan ik het niet. Je mag het geld storten op de rekening van Stichting Happy Gunjur. Op hun site www.happygunjur.nl staan alle benodigde gegevens. Ik krijg het geld dan via hen.
Ik hoop op jullie hulp en vertrouw er ondertussen op dat het allemaal goed gaat komen. Dank lieve mensen alvast.. Heel veel dank! Uiteraard ook van Salieu's vader en moeder en Salieu zelf. Abarakaa bake bake! liefs Tien

maandag 26 januari 2015

33 Teveel moois

Schrijven, ik mis het. Veel dingen kunnen hier niet, no problem. Maar niet kunnen schrijven is het ergst. Teveel te doen, te druk met van alles en nog wat en dan te moe te moe te moe. De batterij van het laptopje gaat maar 2 uur mee, afhankelijk van wat ik wil laden. Wil ik bij mijn bank naar binnen  dan kost dat drie uur heb ik gisteren ervaren. Visacard cotroleren dito. Geziijk met cookies die van alles verhinderen. Moet je dat gezellig gaan zitten uitzoeken onder je muskietennet in de nacht. Help! mijn nachtrust! Want internet overdag is helemaal niet te doen. Soms priegel ik wat tekstjes op Facebook via mijn mobiel. Niet ideaal maar goed genoeg om de boel een beetje up to date te houden.
Ook nu dreigt het symbooltje van de batterij weer.  Keuzes maken. Een foto plaatsen? Van wie of wat? Ik heb zoveel leuks te laten zien. De tuin die Salieu begonnen is. De jongetjes die voor bouwvakker spelen en mini-blokken maken voor het huis, zoals kinderen bij ons zandtaartjes maken. De  hondjes die groter en groter worden en Little Tien die maar achter blijft en met een injectiespuitje gevoerd moet worden. Ikzelf wroetend in  de cementharde grond om enorme wortels uit te graven die de bananenplanten dreigen te verdringen. De palmbomen tegen ondergaande zon. Mijn keihard werkende lieve man die als een huisvrouw de afwas doet ( heel bijzonder hier!). Of wij als happy-family ogenschijnlijk op vakantie in Afrika , lurkend aan een flesje fris.. Genoeg moois en liefs om te laten zien, maar helaas. Ik ga proberen  snel een keus te maken. Want de tijd dringt. Tot later!





zondag 25 januari 2015

32 Blut

Het is maar goed dat ik geen tijd heb om te schrijven, want de meeste verhalen zou ik dan moeten corrigeren omdat de feiten achterhaald zijn. Zo had ik een verhaal over Oumi die onmisbaar zou zijn met haar kokerij voor mij en mijn werkers. Helaas. Toen ik gisteren met een grote zucht het dagelijkse ritueel van schalen terugbrengen en geld meegeven herhaalde, kwam ik op het idee eens op te tellen wat ik de laatste 2 maanden aan haar betaald heb. Dat was shocking naar Gambiaanse begrippen: meer dan een jaarsalaris. En dat terwijl ik toch echt op de hoogte ben van de levensstandaard hier. Het geld stroomt weg en het is bijna niet meer te behappen. Het betalen van de werkers, hen de hele dag voorzien van eten en drinken (niet gangbaar hier maar een Europees gevoel van mij dat dat moet), een tweede huisje bouwen voor onze "caretaker" Salieu, het is teveel voor iemand met een AOW-tje. Want zo is het wel sinds ik jarig geweest ben, een ouwe tut in Afrika.
Ontsteld  toonde ik het lijstje cijfers en trok een vragend gezicht. Wat Tapha er wel niet van dacht. Ook die was geschokt en realiseerde zich niet dat het zoveel geld was geweest. "Maar jij brengt het iedere dag, waarom zei je me niets?" Schouder ophalen en een schuldig gezicht. Salieu brengt uitkomst. "He cannot, then they will spoil his name and they call him a hypocryt!" Maar, zeg ik, hij kan het toch tegen mij zeggen dat het veel te veel geld is iedere dag? Nee dat kan ook niet want ze zullen het horen en dan wordt Oumi "hot" en dat moet je vermijden. Je moet het maar snappen. Dat doe ik dus en maak korte metten door haar op te bellen. Ik vertel haar dat we stoppen met de kokerij, Uiteraard ben ik haar een verklaring schuldig waarom. Oh gewoon, niets bijzonders, ik heb geld voor cement nodig en voor de werkers.. Thats all. No problem. Really no problem. Je liegt hier de hele boel bij mekaar om mensen te vriend te houden. Vooral geen problemen met ze hebben. Nee, no problem, echt niet. Jankend in bed voel ik me vooral teleurgesteld. Ze is "family" en dus te vertrouwen, maar ondertussen heeft ze van het geld de hele familie onderhouden en een flinke zak opzij gezet. Shit. Geen Gambiaan is te vertrouwen. Een klote idee waar ik maar niet aan wil. Tot het geld op is dus. Nu dus, terwijl ik nog maar op de helft van de tijd hier te gaan ben. Vanaf vandaag ga ik zelf koken. Wat heet, de jongens stellen het buurmeisje voor, die heeft toch niets te doen . We zullen wel zien. Vandaag regelen ze het zelf maar. Ik ben er even niet want ga wat mensen voor lunch naar David op het strand brengen. En zelf ook even iets anders eten dan elke dag "fishballs"van de goedkoopste gratenvis die je hier kunt krijgen. Weg ermee! Er komt geen fishball meer in huis en ook de schalen van Oumi niet. Ik heb gezegd. Zijn er nog mensen die me willen sponsoren? Sluit maar aan in de rij ;-)